2020 veranderen de regels voor oproepkrachten ingrijpend

2020 veranderen de regels voor oproepkrachten ingrijpend

27 september 2019 Uit Door 100% Werkgeverscoach

Vanaf 1 januari ultrakorte opzegtermijn voor oproepkrachten

 

De regels voor oproepkrachten veranderen per 1 januari 2020 ingrijpend. Eén van de wijzigingen heeft tot nu toe weinig aandacht gekregen: de nieuwe ultrakorte opzegtermijn voor oproepovereenkomsten.

premies 2020, ziektewet preies 2020, Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) 2020, WGA premies 2020,wab 2020, lkv 2020,liv 2020,

Het werken met oproepkrachten wordt door de invoer van de Wet Arbeidsmarkt in Balans in 2020 echt een stuk lastiger. De flexibele medewerkers moeten vanaf 1 januari 2020 minstens vier dagen van te voren worden opgeroepen en afgezegd. Bovendien moet een werkgever een oproepkracht die een jaar is opgeroepen een vaste arbeidsomvang aanbieden.

 

“Voor oproepkrachten geldt vanaf 2020 een opzegtermijn van slechts vier dagen.”

Nieuwe opzegtermijn voor oproepkrachten

Maar er is nog een wijziging die niet in het voordeel van de oproepwerkgevers is. Oproepkrachten mogen vanaf 1 januari 2020 hun dienstverband namelijk met een opzegtermijn van slechts vier dagen opzeggen. Op dit moment is de wettelijke opzegtermijn voor werknemers altijd één maand. Bovendien geldt voor de wettelijke opzegtermijn dat moet worden opgezegd tegen het einde van de maand. Dat geldt nu nog voor alle werknemers, of het nu gaat om AOW-gerechtigde werknemers, om scholieren of om oproepkrachten.

 

Vanaf 1 januari 2020 geldt de opzegtermijn van een maand niet meer voor werknemers met een oproepovereenkomst. Voor oproepkrachten geldt vanaf die dag een opzegtermijn van slechts vier dagen. De oproepkracht hoeft ook niet op te zeggen tegen het einde van de maand. Let wel, deze ultra korte termijn geldt alleen als de oproepkracht opzegt. Voor de werkgever blijven de normale wettelijke opzegtermijnen gewoon gelden.

 

Werken met oproepkrachten duurder

Werken met oproepkrachten wordt daarnaast ook nog duurder. Voor oproepkrachten moet een hogere WW-premie worden betaald. Niet de sector waarin wordt gewerkt, maar het soort contract wordt leidend. Voor werknemers met een tijdelijk- en/of oproepcontract moet meer WW-premie worden betaald dan voor vaste werknemers. Het verschil in premie wordt 5 procent.

Bovendien krijgen werknemers, en dus ook oproepkrachten, vanaf 1 januari 2020 meteen aanspraak op een transitievergoeding. Als het dienstverband op initiatief van de werkgever eindigt of niet wordt voortgezet, dan moet de werkgever de transitievergoeding betalen. Vanaf 1 januari 2020 geldt dat vanaf de eerste dag van het dienstverband. Nu hoeft pas een transitievergoeding betaald te worden als het dienstverband twee jaar of langer heeft geduurd.

De transitievergoeding bedraagt een derde maandsalaris per gewerkt dienstjaar, pro rata bij een gedeeltelijk gewerkt dienstjaar. Als een tijdelijk arbeidsovereenkomst met een oproepkracht na een half jaar afloopt en de werkgever wil niet verlengen, dan moet de werkgever dus een zesde maandsalaris aan de werknemer betalen.

 

 

Zie ook:

Veranderingen flexwerkers en oproepers in de WAB

WAB – arbeidsovereenkomsten en de salarisadministratie

Oproepovereenkomst of arbeidsovereenkomst met vaste uren?

 

deeltijdwerkers in de eu, Europese wet en regelgeving flexwerkers, payrolling, payroll, uitzendkrachten in Europa,