Opname levenslooptegoed in aangifte
1 april 2021 Uit Door 100% WerkgeverscoachIn de handreiking kunt u lezen hoe u een opname van levenslooptegoed verwerkt in de aangifte loonheffingen?
Hoe u moet omgaan met de opname van het levenslooptegoed hangt af van de leeftijd van de werknemer die het tegoed opneemt:
- De werknemer is geboren na 1959.
- De werknemer is geboren in 1959 of daarvoor (en dus 61 jaar of ouder op 1 januari 2021).
Ad 1.
De werknemer is geboren na 1959
De opname van het tegoed is loon uit tegenwoordige dienstbetrekking. U telt de opname bij het reguliere loon. Deze opname wordt dus op dezelfde wijze belast als het reguliere loon. Wel mag u de opgebouwde levensloopverlofkorting verrekenen.
Ad 2.
De werknemer is geboren in 1959 of daarvoor
De opname van het tegoed is loon uit vroegere dienstbetrekking. De werkgever betaalt geen premies werknemersverzekeringen maar wel werkgeversheffing Zvw. Dat geldt ook voor een dga die niet verzekerd is voor de werknemersverzekeringen.
Let op!
Gebruik altijd een nieuw nummer inkomstenverhouding.
Werknemer blijft werken
Als de werknemer naast zijn levensloopverlof bij de werkgever blijft werken, moet u hem 2 keer in de aangifte loonheffingen opnemen. U gebruikt voor deze werknemer dan 2 verschillende nummers inkomstenverhouding. Het nummer dat u al voor deze werknemer gebruikte, blijft u gebruiken voor het loon dat hij verdient. Voor de opnames uit het levenslooptegoed gebruikt u het nieuwe nummer.
Werknemer stopt met werken
Stopt de werknemer met werken als zijn levensloopverlof ingaat? Dan moet u voor de opnames uit het levenslooptegoed ook een nieuw nummer inkomstenverhouding gebruiken. De oude inkomstenverhouding voor het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking wordt dan beëindigd.
Codes aangifte loonheffingen
Voor de opname van levenslooptegoed voor een werknemer die op 1 januari 61 jaar of ouder is, gebruikt u code soort inkomstenverhouding 54. De code aard arbeidsverhouding is code 1 ‘arbeidsovereenkomst’.
Levensloopverlofkorting
Als de werknemer levenslooptegoed opneemt, dan krijgt hij levensloopverlofkorting. U mag de levensloopverlofkorting in mindering brengen op de loonbelasting/premie volksverzekeringen. De werknemer moet de werkgever daar wel schriftelijk om vragen.
Als de werknemer doorspaart in de levensloopregeling, bouwt hij vanaf 2012 geen levensloopverlofkorting meer op. De levensloopverlofkorting is in 2021 maximaal € 223 per jaar dat de werknemer heeft gespaard in de periode 2006 tot en met 2011.
De werknemer mag zelf kiezen wanneer u zijn opgebouwde levensloopverlofkorting verrekent. U vermindert de korting met de levensloopverlofkorting die de werknemer in eerdere jaren kreeg. De korting is nooit hoger dan het bedrag dat de werknemer opneemt uit de levensloopregeling.
De levensloopverlofkorting is niet in de tabellen verwerkt. U moet de korting zelf per tijdvak berekenen en aftrekken van het bedrag dat u volgens de tabel moet inhouden.
Voorbeeld
Een 62-jarige werknemer neemt in augustus 2021 levenslooptegoed op van € 4.000. Hij blijft voor zijn bv werken.
De werknemer is in 2008 gestart met sparen in de levensloopregeling. Hij heeft ieder jaar gespaard. Zijn opgebouwde levensloopverlofkorting is daarom € 892 ( € 223 per jaar voor de jaren 2008 tot en met 2011). Hij heeft nog niet eerder gebruik gemaakt van de levensloopverlofkorting.
Hoe verwerkt u de opname in de aangifte van augustus?
De opname van het levenslooptegoed is loon uit vroegere dienstbetrekking. Hierover betaalt de bv geen premies werknemersnemersverzekeringen maar wel de werkgeversheffing Zvw.
Let op!
Het bovenstaande geldt ook voor een dga die niet verzekerd is voor de werknemersverzekeringen.
Verwerking levensloop vanaf 1 november 2021
Staat op 1 november 2021 nog levenslooptegoed op de levenslooprekening van de werknemer? Dan wordt de werknemer geacht op dat moment het levenslooptegoed te genieten. Het fictieve genietingsmoment is dan 1 november. Niet de werkgever, maar de levensloopinstelling verwerkt dit in de aangifte loonheffingen. U leest meer in de handreiking Levenslooptegoed 2021 via levensloopinstelling.
Meer informatie
Levensloopregeling hoofdstuk 24 Handboek Loonheffingen
Levensloopverlofkorting hoofdstuk 25.1.6 Handboek Loonheffingen
Gerelateerde handreiking
Geen groen en wit loon in één inkomstenverhouding
Bron: ‘Handboek Loonheffingen 2021’
Recente berichten
- UWV en gedifferentieerde premies WGA en Ziektewet 2025 16 juli 2024
- Wet toekomst pensioenen 16 juli 2024
- Vragen en antwoorden expertsessie: Wet toekomst pensioenen 12 juli 2024
- Voor hoeveel auto’s moet u bijtellen? 9 juli 2024
- De beschikkingen Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) 2023 4 juli 2024
- Concernregeling en het 10%-criterium 4 juli 2024
- Kamerstukken die interessant zijn juni 3 juli 2024
- De dienst ‘Voorzieningen’ en het werkgeversportaal 1 juli 2024
- 2025 géén lage-inkomensvoordeel (LIV) 27 juni 2024
- Loon, laadpaal en bijtelling van de zaak 18 juni 2024
Populaire berichten
en extra
lage kosten
loonstroken.
En nog meer voordelen.
Neem snel contact op.